- Een zwangerschap met hoog risico betekent niet altijd een acuut risico binnen een zwangerschap.
- Zwangere vrouwen met een hoog risico worden steeds vaker medisch gecontroleerd.
- De hogere leeftijd van zwangere vrouwen is een van de belangrijkste risicofactoren.
Als een zwangere vrouw wordt geclassificeerd als hoog-risico zwangere, betekent dit niet onmiddellijk gevaar voor het leven van moeder en kind. Deze classificatie betekent veeleer dat de zwangerschap bepaalde risico’s inhoudt die een nauwlettender medisch toezicht op de zwangerschap noodzakelijk maken.
Inhoudsopgave
1. criteria voor zwangerschap met hoog risico
Er zijn verschillende criteria om de status van “hoog-risico-zwangerschap” toe te kennen. Zwangere vrouwen kunnen vanaf het begin als hoog risico worden aangemerkt, bijvoorbeeld vanwege een onderliggende aandoening. De indeling kan echter ook in een later stadium worden gemaakt. Een van de belangrijkste criteria is de leeftijd van de moeder.
1.1 Leeftijd van de zwangere vrouw: Een van de belangrijkste risicofactoren
Soms komt de kinderwens laat en dat gaat niet altijd zonder problemen: zwangere vrouwen van 35 jaar of ouder worden beschouwd als risicovolle zwangeren. De reden hiervoor is dat met de leeftijd de kans toeneemt dat het kind zich niet optimaal ontwikkelt. De reden hiervoor is dat de processen tijdens de bevruchting en de ontwikkeling van het embryo niet meer optimaal zijn.
Net als de leeftijd van de vrouw is ook een afwijking van het normale gewicht van invloed op de zwangerschap. Dit werd onderzocht door het team onder leiding van wetenschapper Sarka Lisonkova van de Universiteit van British Columbia in Vancouver. Voor de analyse werden de gegevens beoordeeld van 800.000 vrouwen uit de Amerikaanse staat Washington die tussen 2003 en 2013 zwanger waren. Een van de belangrijkste bevindingen was dat het risico op een shock met ernstige doorbloedingsproblemen tijdens de geboorte hoger was voor vrouwen met overgewicht of ondergewicht. Er is ook een verhoogd risico op een vaak fatale vruchtwaterembolie en nierfalen. Uit de analyse bleek dat gemiddeld 16 van elke 1000 geboorten dergelijke ernstige tot levensbedreigende complicaties tot gevolg hebben. Het risico neemt toe bij vrouwen van 39 jaar en ouder, en bij zwangere vrouwen van 40-44 jaar stijgt het risico met één procent ten opzichte van vrouwen van 25-29 jaar. Het risico op shock is drie keer zo hoog voor vrouwen van 40 tot 44 jaar, en het risico op vruchtwaterembolie is acht keer zo hoog.
Een bekende complicatie is ook de kans op een chromosoomafwijking. De bekendste is trisomie 21, waarvan de kans grotendeels afhangt van de leeftijd van de moeder. Terwijl de kans op een kind met trisomie 21 bij 20-jarige moeders in de 12e week van de zwangerschap 1:1070 is, is die bij 38-jarigen 1:120 en bij moeders van 41 jaar 1:80.
1.2 Complicaties bij eerdere zwangerschappen
Vrouwen worden ook als hoogrisicozwangeren aangemerkt als er tijdens de zwangerschap of de geboorte complicaties worden verwacht. Dit kan het geval zijn als de zwangere vrouw al een miskraam of buitenbaarmoederlijke zwangerschap heeft gehad, er meer dan vier eerdere zwangerschappen zijn of er complicaties waren bij eerdere zwangerschappen.
1.3 Chronische ziekten
Als de zwangere vrouw lijdt aan een onderliggende ziekte die de ontwikkeling van het embryo of het verloop van de zwangerschap kan beïnvloeden, krijgt zij intensievere medische zorg. Een vrouw kan worden aangemerkt als een zwangere vrouw met een hoog risico alleen omdat zij overgewicht heeft.
De meest voorkomende chronische ziekten zijn:
- Diabetes mellitus
- Hoge bloeddruk
- hartkwalen
- Zwakke nieren
- Lever- en longaandoeningen
- Stoornis in de bloedstolling
- Bloedarmoede
- Schildklieraandoening
- Bronchiale astma
- Obesitas
- Reuma
- Epilepsie
- Hepatitis, HIV
Tijdens een gevorderde zwangerschap kan een vrouw als hoogrisicovrouw worden ingedeeld als de baarmoederhals te vroeg is opengegaan (baarmoederhalszwakte), er bloedingen zijn of de placenta niet in de optimale positie ligt. Late gestose (“zwangerschapsvergiftiging”) leidt ook tot classificatie als hoog-risico-zwangerschap.
Let op: als een zwangere vrouw tijdens het laatste trimester last heeft van hoge bloeddruk, eiwituitscheiding in de urine of het vasthouden van water, kan dit een aanwijzing zijn voor late gestose.
1.4 Meerlingen hebben minder ruimte voor een optimale ontwikkeling
Vrouwen die zwanger zijn van een tweeling of meerling worden ook behandeld als zwangere vrouwen met een hoog risico. De gezondheid van de moeder en de kinderen wordt intensiever gecontroleerd, omdat de kans op complicaties hier groter is dan bij een normale zwangerschap.
1.5 Bloedgroep: Rhesus incompatibiliteit leidt tot complicaties in 2e zwangerschap
Bijrhesus incompatibiliteit (morbus haemolyticus) reageert het immuunsysteem op de bloedbaan van de baby. Als een vrouw rhesus-negatief is, kan zij de eerste baby meestal zonder problemen voldragen. Bij de geboorte is de kans echter groot dat bloed van de meestal rhesuspositieve baby in de bloedbaan van de moeder terechtkomt. Het immuunsysteem reageert hierop en slaat de informatie op. Als de vrouw voor de tweede keer zwanger wordt, reageert het immuunsysteem op de vreemde bloedgroep.
De gevolgen van Rh-incompatibiliteit kunnen bloedarmoede, vergroting van lever en milt, hersenbeschadiging en zelfs fatale schade voor de baby zijn. Gelukkig bestaat er een rhesustest. Door zwangere vrouwen tijdig op hun rhesusfactor te testen, kunnen dergelijke gevolgen worden voorkomen en kan het nodige worden gedaan. Toch worden vrouwen met een negatieve Rh-factor beschouwd als risicovolle zwangere vrouwen.
1.6 De bevalling: stuitligging en keizersnede
Na het eerste trimester groeit de baby snel en is er al snel steeds minder ruimte om volledig te draaien. Zodra duidelijk wordt dat de baby in een ongunstige positie ligt voor de geboorte, spreekt de arts van een hoogrisicozwangerschap. Dit is het geval bij een stuitligging of stuitligging, want hier is de mogelijkheid van een natuurlijke bevalling wat moeilijker, maar niet onmogelijk.
Hetzelfde geldt voor vrouwen die al eerder via een keizersnede zijn bevallen. Bij elke volgende bevalling worden zij geacht een zwangerschapsrisico te lopen, omdat de kans op complicaties bij een spontane bevalling groter is.
2. zwangerschap met hoog risico: aanvankelijk geen reden tot ongerustheid
De criteria voor het classificeren van een zwangerschap met hoog risico worden voortdurend uitgebreid. Daardoor worden steeds meer zwangerschappen als hoogrisico beschouwd. Er zijn grote verschillen in de risicoclassificatie die bijvoorbeeld gelden voor vrouwen die een buitenbaarmoederlijke zwangerschap hebben gehad en vrouwen die chronisch ziek zijn door een hartziekte en medicijnen moeten gebruiken.
Tijdens de screeningsonderzoeken moet dus met een medisch deskundige worden besproken wat de risico’s zijn en welke behandelingen eigenlijk nodig zijn.
Er zijn studies die zeggen dat inmiddels elke tweede zwangerschap per definitie een hoogrisicozwangerschap is.
3. arbeidsrecht: werkverbod bij risicovolle zwangerschap mogelijk
Hoe beïnvloedt een hoog-risicozwangerschap de beroepsactiviteit van de zwangere vrouw? Er is geen algemeen antwoord op deze vraag.
In principe kan de adviserend arts een arbeidsverbod uitvaardigen voor hoog-risico zwangere vrouwen als hij dat nodig acht. In dat geval wordt de vrouw vrijgesteld van arbeid totdat de wettelijke periode van zwangerschapsbescherming ingaat.
Dit individuele werkverbod, als beschermingsperiode, is een andere variant van het algemene werkverbod. Beide zijn geregeld in de Wet op de zwangerschapsbescherming.
Algemeen werkverbod | Individueel arbeidsverbod | |
Hoe werkt het? | Treedt in werking zodra uit een beoordeling van de werksituatie blijkt dat de activiteit te zwaar of gevaarlijk is voor de gezondheid van een zwangere vrouw; kan ook slechts gedeeltelijk in werking treden, bv. specifieke taken verbieden | Zodra de behandelend arts een gevaar ziet voor de moeder of het ongeboren kind als zij tijdens de zwangerschap blijft werken, kan hij met een medisch attest een gedeeltelijk of volledig beroepsverbod opleggen |
Periode | Kan op elk moment ingaan | Onmiddellijk bij het begin van de zwangerschap of op een afzonderlijk tijdstip. |
Redenen | Activiteiten met veel stof, gassen, dampen, hitte, koude of nattigheid, voortdurend staan, nachtwerk, werk op zon- en feestdagen, geen individuele beoordeling van de gezondheidstoestand van de vrouw, maar objectieve redenen voor gezondheidsrisico’s | Besluit per geval overeenkomstig lid 3 |
Voor een zwangere vrouw die vanwege een eerdere keizersnede als risicovol wordt aangemerkt, is normaal gesproken geen werkverbod nodig. Het risico heeft immers betrekking op de komende bevalling, niet op het verloop van de zwangerschap.
Indien een zwangere vrouw daarentegen lijdt aan nierzwakte, hetgeen kan leiden tot gezondheidsproblemen en complicaties tijdens de zwangerschap, kan de arts een individueel arbeidsverbod overwegen.
4. overname van de kosten door ziekenfondsen: Wat te overwegen
Chorionvilli afgenomen
Dit is een placentapunctie. Er worden cellen genomen uit het zogenaamde vlokkenvlies, het amnionvlies van het embryo. Door de cellen te onderzoeken kunnen chromosoomafwijkingen en individuele stofwisselingsstoornissen van het embryo worden opgespoord.
Als een vrouw als hoogrisicozwanger wordt aangemerkt, krijgt zij uitgebreide zorg van de behandelend arts. Zij heeft recht op aanvullende onderzoeken, die afhankelijk zijn van de individuele situatie. In het geval van een meerlingzwangerschap is het bijvoorbeeld zinvol dat de zwangere vrouw vaker door middel van echografie wordt onderzocht om de toestand van de embryo’s te controleren. Zwangere vrouwen met chronische ziekten kunnen behoefte hebben aan regelmatige onderzoeken door andere specialisten.
Oudere vrouwen kunnen een nekplooimeting of een vlokkentest laten doen om het risico op genetische afwijkingen bij hun kind te weten te komen. Ookde kosten van een behandeling voor zwangerschapsdiabetes of hoge bloeddruk kunnen door de zorgverzekering worden vergoed. Welke kosten uw zorgverzekeraar onder welke omstandigheden zal dekken, moet in elk afzonderlijk geval worden gevraagd.