In een regenbooggezin wonen de kinderen bij een koppel van hetzelfde geslacht.
Met de invoering van het “huwelijk voor iedereen” mogen homoseksuele koppels nu ook kinderen adopteren. Maar er zijn ook veel andere manieren om een regenbooggezin te stichten.
In tegenstelling tot veel vooroordelen hebben studies geen negatieve effecten op kinderen gevonden.
Levensvormen worden steeds diverser in de huidige tijd. Momenteel is de regenboogfamilie nog een relatief zeldzame familievorm. De komende jaren zal dit echter waarschijnlijk fundamenteel veranderen. Hoewel het huwelijk voor iedereen sinds 1 oktober 2017 van kracht is, blijft de juridische situatie rond adoptie ingewikkeld.
In onze gids krijgt u een uitgebreid overzicht van het thema regenbooggezinnen. We leggen uit waar de term vandaan komt, wat de precieze juridische situatie is en in hoeverre dit type leefvorm maatschappelijk geaccepteerd wordt.
[button]Meer literatuur over het onderwerp[/button]
Inhoudsopgave
1. een regenbooggezin wordt gevormd uit koppels van hetzelfde geslacht
Het woord regenbooggezin is in Duitsland een ingeburgerd begrip geworden. Het verwijst per definitie naar gezinnen waarvan de ouders paren van hetzelfde geslacht zijn. Dit type gezin vertegenwoordigt nu een zelfstandige gezinsvorm.
Denaam gaat terug op de regenboogvlag, die al jaren symbool staat voor zelfbewuste homo’s, lesbiennes en biseksuelen. Al in 2009 werd het woord “regenbooggezin” toegevoegd aan het woordenboek van Duden.
Volgens een onderzoek van het Bundesamt für Statistik woonden in 2016 ongeveer 95.000 paren van hetzelfde geslacht in één huishouden. Dit resulteert in iets minder dan 14.000 kinderen die opgroeien in een regenbooggezin. De kinderwens groeit onder ouders van hetzelfde geslacht door deze opening.
https://www.youtube.com/watch?v=yEsAn-bqyPM
2. de juridische situatie in Duitsland is ingewikkeld
Binnen Europa is de juridische situatie van adoptie zeer verschillend geregeld. Terwijl gezamenlijke adoptie in de meeste landen legaal is, staan landen als Italië of Slovenië alleen stiefkindadoptie toe.
In Duitsland is het adoptierecht voor homoseksuelen een zeer omstreden onderwerp. Het is pas sinds 1 oktober 2017 mogelijk om het kind van een ander gezamenlijk te adopteren. Daarvoor hadden homoseksuele of lesbische ouders alleen de mogelijkheid om een stiefkind te adopteren.
2.1 Het geregistreerd partnerschap als hoeksteen
In 2001 voerde de federale regering het geregistreerd burgerlijk partnerschap in. Hoewel paren van hetzelfde geslacht hierdoor rechten en plichten kregen, zijn deze geenszins vergelijkbaar met die van gehuwden.
Pas sinds 2013 worden geregistreerde civiele partners fiscaal niet meer als alleenstaanden behandeld, maar kunnen zij profiteren van het systeem van echtscheiding. Een jaar later werd successieve adoptie ingevoerd, waardoor het mogelijk werd het kind niet gezamenlijk, maar successief te adopteren.
Al in die tijd werd in de politiek hevig gedebatteerd over de betekenis van het begrip huwelijk. Zo werd de ongelijke behandeling van geregistreerde burgerlijke partnerschappen en huwelijken deels als ongepast en discriminerend beschouwd.
De ceremonie is hetzelfde voor zowel het huwelijk als het geregistreerd partnerschap. Er is echter een verschil bij scheiding. Terwijl een huwelijk wordt gescheiden, wordt een geregistreerd partnerschap slechts nietig verklaard.
2.2 “Huwelijk voor iedereen” als mogelijkheid voor gelijkheid
Doodstraf voor homoseksualiteit
Terwijl homoseksualiteit in de westerse wereld niet langer een taboe is, blijven homoseksuele relaties in grote delen van Afrika en in Arabische landen illegaal. In Saoedi-Arabië of Soedan dreigt zelfs de doodstraf.
Zowel homo- als lesbische stellen hebben de afgelopen jaren gestreden voor gelijkheid. Uiteindelijk heeft de Bondsdag besloten dat homoseksuele paren vanaf 1 oktober 2017 mogen trouwen. Veranderingen in de maatschappelijke randvoorwaarden hebben in belangrijke mate bijgedragen aan dit besluit.
Door deze gelijkheid hebben homoseksuele paren nu dezelfde rechten en plichten als heteroseksuele paren. Het herziene artikel 1353 van het Duitse Burgerlijk Wetboek luidt nu: “Het huwelijk wordt voor het leven aangegaan door twee personen van verschillend of hetzelfde geslacht”.
2.3 De gevolgen voor de vorming van een regenbooggezin
De invoering van het “huwelijk voor iedereen” heeft geleid tot gelijkheid voor alle paren, wat ook gevolgen heeft voor het adoptierecht. Nu mogen paren van hetzelfde geslacht hun kinderwens vervullen door gezamenlijk andermans kinderen te adopteren. Binnen het geregistreerd partnerschap was dit nog niet mogelijk.
In de praktijk is dit adoptierecht echter zeer moeilijk. Vooral aan binnenlandse adopties zijn veel eisen en voorwaarden verbonden. Bovendien krijgen heteroparen nog steeds de voorkeur boven homo’s en lesbiennes. Hierdoor komen alleen buitenlandse adopties of pleegkinderen in aanmerking.
3. mogelijkheden om een regenbooggezin te stichten
Regenbooggezinnen kunnen op verschillende manieren ontstaan. Er is dus niet één regenboogfamilie, maar verschillende vormen die op sommige punten verschillen.
In principe zijn er de volgende mogelijkheden om een regenbooggezin te stichten:
- Inseminatie/kunstmatige inseminatie
- Draagmoederschap
- Adoptie
- Pleegkinderen
In de volgende hoofdstukken zullen wij u deze opties wat meer in detail uitleggen.
3.1 Kunstmatige inseminatie
Kunstmatige inseminatie, ook wel inseminatie genoemd, is voordelig als het voor het gezin belangrijk is dat het kind lichamelijke verwantschap heeft met ten minste één ouder. In de meeste gevallen is het voor twee samenwonende vrouwen gemakkelijker om een spermadonor te vinden. De spermadonor kan afkomstig zijn uit een kennissenkring of gevonden worden via een internetcontactbeurs. Een andere mogelijkheid is gebruik te maken van een spermabank.
Het nadeel hiervan is echter de juridische situatie. Terwijl homologe inseminaties, d.w.z. bevruchting met sperma van de partner, zijn donaties door derden vanuit juridisch oogpunt nogal omstreden.
Door de recente wetswijziging met betrekking tot het huwelijk van paren van hetzelfde geslacht staat echter niets kunstmatige inseminatie in Duitsland meer in de weg.
Voor homoparen is de optie van inseminatie echter niet mogelijk. In sommige gevallen gaan zij zelf op zoek naar een lesbisch paar met wie zij hun kinderwens samen kunnen vervullen. Deze bijzondere vorm wordt ook wel “queer family” genoemd. Het grootste voordeel hierbij is dat de betrokkenen niet afhankelijk zijn van een medische instelling.
3.2 Draagmoederschap
Draagmoederschap daarentegen is in Duitslandnog steeds verboden. Zowel de artsen als de betrokken tussenpersonen zijn in dit geval strafbaar. Dit is duidelijk geregeld in de Embryo Protection Act (ESchG). De cliënten of draagmoeders daarentegen kunnen niet worden vervolgd.
Sommige paren gaan daarom op zoek naar een draagmoeder in het buitenland. In Duitsland moeten zij echter problemen verwachten omdat de wensouders niet als biologische ouders worden erkend. Uit de jurisprudentie van de laatste jaren blijkt echter dat ook deze wet langzaam begint te wankelen.
Inlanden als Groot-Brittannië, België of Oekraïne is draagmoederschap wel toegestaan. Ook in sommige staten van de VS is het toegestaan een bemiddelingsbureau in te schakelen om eindelijk dichter bij de droom van een eigen kind te komen.
3.3 Adoptie
Adoptie is, zoals hierboven uiteengezet, een legale manier voor homoseksuele paren om hun kinderwens te vervullen. Binnenlandse adopties zijn echter nog vrijwel onmogelijk. Adoptieprocedures zijn in dit land eerder een uitzondering voor paren van hetzelfde geslacht, aangezien slechts zeer weinig kinderen ter adoptie worden afgestaan.
Om aan dit dilemma te ontsnappen, denken veel paren aan buitenlandse adoptie. Deze weg heeft echter een addertje onder het gras. Om een kind uit het buitenland te adopteren, moet je als individu bij veel plaatsingsbureaus verschijnen. Een plaatsing bij homoseksuele paren is bij deze bureaus vrijwel kansloos.
Demakkelijkste manier is om een stiefkind te adopteren. In dat geval moet een van de partners echter een biologisch kind in het partnerschap inbrengen. Daarom is deze weg slechts voor enkele gezinnen haalbaar.
Let op: om een stiefkind te adopteren, moeten beide natuurlijke ouders instemmen.
3.4 Opname van een pleegkind
Het opnemen van een pleegkind is veel minder ingewikkeld dan de klassieke adoptie. Ongeacht de burgerlijke staat kun je je aanbieden als pleeggezin. Het nadeel is wel dat het kind op elk moment kan terugkeren naar de natuurlijke ouders. Dit wordt echter beslist door het verantwoordelijke bureau voor jeugdzorg.
In principe zijn er twee verschillende soorten pleegzorg: acute zorg en permanente zorg. Bij acute zorg, ook wel wachtgeldzorg genoemd, neem je het kind voor een bepaalde periode in huis. Het is onzeker of het kind permanent bij u kan blijven of dat het na verloop van tijd terugkeert naar de biologische ouders. Bij permanente zorg gaat Bureau Jeugdzorg ervan uit dat het kind echt permanent in het pleeggezin kan blijven. Terugplaatsingen zijn hier eerder een uitzondering.
Het is belangrijk vooraf duidelijk te maken hoe het type pleegzorg is opgebouwd. Het open gezinssysteem is niet voor iedereen geschikt, dus u moet vooraf uitgebreid advies inwinnen. Adviescentra bij u in de buurt vindt u hier.
4 De leefsituatie van kinderen met ouders van hetzelfde geslacht
Wat adoptie betreft, zijn er veel critici die beweren dat de belangen van kinderen in gevaar komen bij ouders van hetzelfde geslacht. Zij houden vol dat kinderen zowel een vader als een moeder nodig hebben voor een succesvolle ontwikkeling.
Om deze vooroordelen te weerleggen, zijn talrijke studies verricht naar de ontwikkeling van kinderen in partnerschappen van hetzelfde geslacht. Ze hebben allemaal gemeen dat de seksuele geaardheid van de ouders geen negatief effect heeft op de ontwikkeling van het kind. Dit resultaat heeft zowel betrekking op de neiging tot delinquentie als op de seksuele geaardheid.
In een studie van het ministerie van Justitie uit 2009 stelden onderzoekers zelfs vast dat een regenbooggezin positieve effecten heeft op de ontwikkeling van kinderen. Zo hebben zij vaak een hoger zelfbeeld.
Ook wat betreft het rolgedrag van mannen en vrouwen konden de meeste studies tot nu toe geen verschillen vinden. In een homofobe omgeving worden kinderen echter vaker geconfronteerd met vijandigheid. Zij worden ervan beschuldigd zelf homo of lesbisch te worden.
In het algemeen zijn er veel meer studies die gezinnen hebben onderzocht waarin de paren lesbisch zijn. Gezinnen met twee vaders zijn daarentegen minder goed onderzocht. Dat komt vooral omdat het voor mannen veel moeilijker is een gezin te stichten.
Naast enkele juridische nadelen is er echter nog steeds sprake van structurele discriminatie. In veel vormen komen nog steeds alleen de termen “moeder” en “vader” voor. Om een gevoel van saamhorigheid te creëren, moeten ook op dit gebied herformuleringen worden doorgevoerd.
Belangrijk: veel meer dan de seksuele geaardheid van de ouders moet de kwaliteit van de relaties tussen de gezinsleden altijd een rol spelen!
5 Verdere literatuur over het onderwerp
No products found.