Ontwikkelingsachterstanden doen zich op zeer verschillende momenten voor. Achterstanden worden zowel zichtbaar bij baby’s die laat spreken, bij de start op school als bij de overgang naar de middelbare school.
Het is vaak niet gemakkelijk om een onderscheid te maken tussen een late ontwikkeling en een echte ontwikkelingsstoornis.
Laatbloeiers hebben het meestal moeilijker als ze jong zijn, maar later kunnen ze dezelfde prestaties bereiken als andere kinderen.
[knop]Koop Ontwikkelingsvertraging Gids[/knop]
De ontwikkeling bij kinderen varieert sterk. Sommige baby’s leren lopen met 8 of 9 maanden, terwijl anderen 16 of 17 maanden nodig hebben voor deze stap.
Maar op welk moment wordt iemand beschouwd als een laatbloeier? En wat houdt deze term in? En wat is het effect van later met school beginnen?
In ons artikel behandelen we de laatbloeiers. Je leert op welke leeftijd er nog sprake kan zijn van een ontwikkelingsspurt en op welk moment er sprake is van een ontwikkelingsachterstand.
Inhoudsopgave
1. de ontwikkeling van kinderen is geen exacte wetenschap
Bij de geboorte van een baby worden meteen enkele onderzoeken gedaan om eventuele problemen vroeg op te sporen. Naarmate de tijd verstrijkt, worden de intervallen tussen de onderzoeken groter, zodat de taak van het observeren van een kind voornamelijk bij de ouders komt te liggen.
Telkens weer vragen de ouders zich af of de ontwikkeling van het kind normaal is. Als je met iemand anders praat over je peuter van dezelfde leeftijd, kun je er zeker van zijn dat het ene kind verder is dan het andere.
Dit betreft echter niet altijd alle gebieden, maar vaak slechts enkele aspecten.
Sommige kinderen lopen aanvankelijk wat achter op het gebied van de lichamelijke ontwikkeling, terwijl er in de mentale processen helemaal geen problemen zijn. Andere kinderen die naar de kleuterschool gaan, kunnen nog niet goed praten en vinden het erg moeilijk om met andere jonge kinderen om te gaan.
Steeds weer is er sprake van een ontwikkelingsspurt waarbij kinderen in zeer korte tijd veel leren en hun vaardigheden sterk verbeteren. Het kan gebeuren dat een kind dat aanvankelijk als een late ontwikkelaar wordt beschouwd, de andere kinderen in korte tijd inhaalt.
Dit heeft niet alleen betrekking op de vroege kindertijd, maar bestrijkt de hele periode tot aan de volwassenheid. Vooral in de puberteit zijn er grote verschillen op het gebied van de lichamelijke ontwikkeling.
Tip: Als een kind wat trager is, is dat in eerste instantie geen reden tot zorg. Houd de ontwikkeling echter goed in de gaten en raadpleeg bij vragen uw kinderarts, zodat u bij een ontwikkelings- of groeistoornis passende tegenmaatregelen kunt nemen.
2. vergelijk uzelf niet
Voor veel ouders zijn vergelijkingen met andere kinderen fataal. Bij een laatbloeier is het volkomen normaal dat alles wat later loopt.
Dit is geenszins omdat de hersenen het niet bijhouden, maar betekent gewoon dat een kind wat meer tijd nodig heeft. In de meeste gevallen wordt dit heel snel gerelativeerd.
Bijzondere voorzichtigheid is geboden bij de oriëntatie op het gemiddelde. Een kind heeft verre van een ontwikkelingsachterstand alleen omdat het wat kleiner is of zijn eerste woordjes pas een paar maanden later zegt.
Sommige laatbloeiers praten zelfs lange tijd nauwelijks voordat een directe overgang naar 2-woordzinnen volgt.
Andere kinderen kruipen laat maar lopen vrij vroeg, of ze lopen pas als ze 18 maanden oud zijn maar rennen op tweejarige leeftijd al rond in de wei met andere kinderen.
Probeer uw kind zo min mogelijk te vergelijken met andere kinderen in de buurt. Bij twijfel hoor je alleen wat een kind toch al kan en niet de dingen die nog niet lukken. Welke moeder vertelt immers graag dat haar eigen kind op 3-jarige leeftijd nog een luier nodig heeft, terwijl je ook kunt zeggen dat het kind op 2 1/2-jarige leeftijd al 3-woordzinnen vormt?
3. ontwikkelingsachterstanden herkennen
Ook al zijn vergelijkingen met andere kinderen moeilijk, toch moet u erop letten of er concrete aanwijzingen zijn voor een taalontwikkelingsstoornis of een andere ontwikkelingsachterstand.
Met name een slechte uitspraak, weinig klanken en een gebrek aan grijpbewegingen kunnen wijzen op stoornissen die behandeling behoeven.
Hier volgen enkele typische voorbeelden van wat kinderen op welke leeftijd zouden moeten kunnen:
- vrij en zelfstandig lopen: op zijn laatst met 16 à 17 maanden
- veilig vastpakken met twee vingers (tanggreep): met 12 maanden
- een woordenschat hebben van 15 woorden: met 18 maanden (met 2 jaar al 50 woorden)
- een schaar vasthouden en ermee knippen: op ongeveer 3 ½ jaar
- tot 10 tellen: tegen de tijd dat ze naar school gaan
- zich minstens 15 tot 20 minuten zelfstandig kunnen bezighouden: uiterlijk op 6-jarige leeftijd
In de meeste gevallen worden ontwikkelingsachterstanden al duidelijk op de kleuterleeftijd. Het gebied van de taal is hier van elementair belang, aangezien bijna alle andere vaardigheden samenhangen met het vermogen om te spreken.
Laatbloeiers beheersen al deze stappen echter nog enigszins binnen het kader, maar bereiken sneller hun grenzen.
Let op: Aarzel niet uw kinderarts te raadplegen om het vermoeden van een ontwikkelingsachterstand te onderzoeken en hulp te krijgen.
4. laatbloeiers op school
De meeste jongens en meisjes beginnen op zesjarige leeftijd met school. Maar als de lengte en het gewicht niet goed zijn op het moment van het schoolinschrijvingsonderzoek of als er andere tekorten zijn, kan de inschrijving op school een jaar later volgen.
Veel kinderen hebben veel baat bij deze tijd, zodat er daarna nauwelijks problemen zijn. Andere kinderen hebben grote problemen met de overgang naar de middelbare school.
De toegenomen eisen maken het vooral voor late ontwikkelaars moeilijk om de draad niet kwijt te raken. Zij doen vaak langer over taken en zijn minder vaardig.
Als kinderen fysiek minder ontwikkeld zijn, knaagt dit meestal aan hun zelfvertrouwen, zodat ze minder vertrouwen in zichzelf hebben. Maar juist dit aspect kan ook leiden tot een versterking van het karakter, zoals deze studie bevestigt.
In het kader van de puberteit lossen de lichamelijke problemen deels snel op wanneer er sprake is van een groeispurt.
5. tips voor het omgaan met laatbloeiers
Laatbloeiers leiden als volwassenen een normaal leven, ook al hadden ze in hun vroege of latere jeugd vaak wat meer tijd nodig.
Het is echter belangrijk dat ouders daar rekening mee houden en hun kinderen niet onder druk zetten.
Vaker pauzeren voor huiswerk en het uitstellen van de inschrijving op school of het overdoen van een klas zijn geen problemen die het leven blijvend beïnvloeden. Het zijn juist deze situaties die kinderen helpen zich te ontwikkelen.
Moedig uw kinderen aan en bied hen mogelijkheden om zich te verbeteren. Pas echter altijd op dat u niet te veel vraagt en het vaak wat bekraste gevoel van eigenwaarde van uw laatbloeier versterkt.
6. gids voor ontwikkelingsachterstand kopen
No products found.