Baby’s leren zelf draaien, dus u hoeft ze meestal niet te helpen. De basisvoorwaarde is echter dat uw kind zijn hoofd kan optillen en zelf kan vasthouden.
De meeste baby’s beginnen met draaien van hun buik naar hun rug als ze ongeveer drie tot vier maanden oud zijn. Draaien vanuit rugligging naar buikligging is daarentegen veel moeilijker, zodat de meesten dit pas onder de knie krijgen als ze vijf tot zeven maanden oud zijn.
Veel ouders maken zich zorgen als hun baby niet draait. In dat geval moet u uw baby misschien actief aanmoedigen om te draaien. Speel hiervoor zo vaak mogelijk met uw kind in buikligging om de spieren te versterken.
Wanneer baby’s ter wereld komen, zijn ze volledig afhankelijk van de hulp van hun ouders. Pas in de weken en maanden daarna leren ze stap voor stap hun eigen lichaam te coördineren. Voor veel ouders is het dan ook een geweldig moment als hun baby zich voor het eerst zelfstandig draait.
Maar wat als de baby niet draait? Is dit een reden om je zorgen te maken? Wij leggen uit wanneer je kindje uiterlijk zelfstandig van de rugligging naar de buikligging en terug moet kunnen bewegen. Daarnaast krijgt u tips over hoe u uw baby kunt laten draaien.
[button]Geschikte fysioballen om met je baby te trainen[/button]
Inhoudsopgave
1. de voorwaarde voor draaien is de onafhankelijke houding van het hoofd
Opgelet: gevaar voor ongevallen
Zodra een kind zelfstandig kan draaien, neemt het risico op een ongeval aanzienlijk toe. Niet zelden valt een kind van de commode of uit bed. Zorg er daarom voor dat u uw kind altijd in de gaten houdt.
Voor ouders is het moment van de geboorte een van de mooiste momenten in hun leven. Voor het eerst kun je je baby in je armen houden en al je liefde geven. Maar zodra de baby geboren is, worden de ouders ook geconfronteerd met een zeer grote verantwoordelijkheid.
Een pasgeboren baby heeft in de weken en maanden daarna uw volledige steun nodig, want hij kan zich nog niet zelfstandig bewegen en kan zich nog niet duidelijk verstaanbaar maken. Pas in de loop van de ontwikkeling verwerft het een zelfstandigheid die ook een zekere onafhankelijkheid met zich meebrengt.
Zelfstandig draaien is een zeer grote stap in de ontwikkeling van een baby. Deze beweging is de basis voor het latere zitten, kruipen en lopen. Als je baby zelfstandig draait, is dit de eerste mijlpaal van de motoriek.
Een kind kan pas draaien als het zelf zijn hoofdje kan vasthouden. Om van buik naar rug en weer terug te draaien, moet het hoofdje namelijk worden opgetild. De meeste baby’s tillen hun hoofd voor het eerst op in buikligging. Daarna wordt het bovenlichaam omhoog geduwd door de armen te ondersteunen: de zogenaamde mini push-up.
De eerste draaiing gebeurt dan vaak per ongeluk en onbedoeld. Toch leert het kind hiervan, zodat het steeds vaker probeert zich op de buik te draaien.
2 De verschillen tussen individuele kinderen kunnen zeer groot zijn.
Tegenwoordig vergelijken we graag de ontwikkelingsstappen van onze kinderen. Als het buurjongetje van dezelfde leeftijd al kan zitten, oefent dat een ongelooflijke druk uit.
In een actuele studie van het Rijksinstituut voor Vroegschoolse Educatie (IFP) wordt de bewegingsontwikkeling van kinderen in de eerste twee levensjaren onderzocht. De tussentijdse resultaten kunt u hier bekijken. Maar ook al is er een tijdvenster voor de verschillende mijlpalen, elke baby ontwikkelt zich in zijn eigen tempo.
De meeste kinderen kunnen zich al rond 3 maanden van hun buik naar hun rug draaien. Maar omdat voor het omdraaien veel meer spieren nodig zijn, lukt het de meeste kinderen pas met gemiddeld 7 maanden op hun buik te draaien. Het komt zelden voor dat ze dit al kunnen als ze 5 maanden oud zijn.
Terwijl sommige ouders het draaien met hun kind moeten oefenen, gaat het bij andere kinderen vanzelf. De leeftijd waarop een kind kan draaien verschilt sterk van kind tot kind. Dit komt vooral doordat de ontwikkeling zeer verschillend is. Met 6 maanden lukt het slechts de helft van de kinderen om zich op de rug te draaien.
Maak je dus geen zorgen als je kind wat laat is. In de meeste gevallen maken de kleintjes ineens een heel grote sprong in hun ontwikkeling. Soms is het ook nodig dat je je kind een beetje helpt.
Het U5-onderzoek, dat tussen de zesde en achtste levensmaand plaatsvindt, omvat ook een mobiliteitscontrole. Hierbij kunt u de kinderarts om advies vragen als er problemen zijn op dit gebied.
U moet zich pas echt zorgen maken als uw kind al 8 maanden oud is en nog niet is begonnen met draaien. In dat geval moet u zeker naar de kinderarts gaan. Het kan in dit geval een indicatie zijn van een stoornis.
Let op: Sommige kinderen slaan de mijlpaal van het draaien zelfs over. Dit betekent bijvoorbeeld dat ze op de leeftijd van 7 maanden meteen beginnen te dichten of te kruipen.
3. de baby spelenderwijs ondersteunen
Ouders kunnen de capaciteiten van een baby op alle manieren ondersteunen door je kind actief te helpen iets te leren.
Zoals gezegd spelen de rug-, buik- en armspieren een belangrijke rol bij het draaien. Daarom is het belangrijk dat u uw kind altijd aanmoedigt om deze spieren actief te gebruiken. Een goede manier om dit te doen is om met uw kind te spelen als het in buikligging ligt. Houd bijvoorbeeld speelgoed voor je baby, zodat hij er alleen bij kan als hij beweegt.
Zelfs als het niet nodig is om specifiek te oefenen met draaien, zijn er een paar eenvoudige oefeningen die u kunt gebruiken om uw baby te laten draaien – en wel op een speelse manier.
- Schommelen: Ga op je rug liggen en buig je benen. Leg uw baby nu op uw onderbenen met zijn buik naar beneden en naar u toe gericht. Schommel nu heel zachtjes door uw onderbenen op en neer te bewegen.
- Schommelen op de fysiobal: Leg uw baby in buikligging op een kleine oefenbal. Schommel nu zachtjes naar links, rechts, voor en achter. Door deze bewegingen moet uw kind een beetje werken, zodat de spieren worden uitgedaagd. Een ander voordeel is dat ook de hechting en het vertrouwen worden versterkt.
Telkens als uw baby ergens in slaagt, moet u vreugde en enthousiasme tonen. Dit is de beste manier om je kind een signaal te geven dat hij of zij iets geweldigs heeft gedaan. Door deze bevestiging zal uw kind vervolgens proberen deze bewegingen steeds vaker uit te voeren.